Kamp Kinderen

Een van de zaken die mij interesseert is het nagevolg van onze interneering. Ik heb het vooral over de “kamp kinderen” en misschien met nadruk op de jongens.

Zelf ben ik op hogere leeftijd gaan beseffen wat die kamp jaren mij gekost hebben en toch ik ben er redelijk goed af gekomen.

Door het schrijven van mijn boek heb ik veel contact gekregen met andere van mijn leeftijd en het viel mij op hoeveel van de mannen ( niet alleen uit Tjideng) eigenlijk een rot leven hadden. Ik ken ettelijke tragische gevallen- lui uit “goede families”.

Onlangs vondt hier bij ons in de buurt zelfmoord plaats. Rob zat ook in Tjideng en was van mijn leeftijd. Als ik me niet vergis was zijn vader gouverneur van Borneo geweest. Hij woonde als een kluizenaar maar was zeer intelligent en ik kon best met hem omgaan. Die zelfmoord zaak heeft hier ( Victoria, Canada) een kleine opschudding veroorzaakt in de kranten toen men besefte dat de maatschappij bepaald onbehulpzaam was geweest.

Ik ken een dozijn of wat andere gevallen- mensen waar je iets meer dan oppervlakkige kennis van had. Meestal weet je twee dingen: iets is niet goed en ze zwijgen over het verleden. Ze boffen als ze een goede vrouw getrouwd hadden. ( In mijn boek verwijs ik naar zulk een geval maar toen had ik de zaak nog niet helemaal door. Jac had een nare tijd in Tjideng en ook later in de jongens kampen maar dat zal waarschijnlijk ook maar een deel uit maken van zijn lot.Hij woont niet als kluizenaar hier want zijin vrouw zorgt voor hem.

Ik ben tot de conclusie gekomen dat in mijn geval de zaak zo zat. Toen ik uit het kamp kwam was kamp leven voor mij normaal. Mijn ouders in tegendeel konden zich de vooroorlogsche toestanden goed herinneren en zagen het kampleven als abnormaal, maar beseften niet wat de overgang voor mij als kind zou omvatten. Ik kwam in Zuid Afrika op school terecht en had al gauw problemen, maar hield mijn mond. Ik snapte er de ballen van. Leren was geen probleem. Het sociale leven was voor mij het probleem, en dat heeft mij jarenlang achtervolgt.

Ik dank God op mijn bloten knieen dat mijn ouders in 1951 besloten Zuid Afrika te verlaten. Daardoor gingen de duure kost school plannen voor mij niet door. Die Zuid Afrikaanse kost school had mij de nek om gedraaid.

Toen ik in 1961 naar Oxford ging, dank zij een zeer bijzonder beurs die ik won, begon ik me te beseffen dat er iets loos met me was. Toen ben ik gaan roeien om ook es mee te doen. Maar mijn huwelijk van 1966 was desastreus, en het was pas in 1990 dat ik hier een beetje boven op kwam.

Meisjes hebben natuurlijk ook nare nagevolgen gehad maar die lagen misschien een beetje anders, en daar heb ik geen kennis van.

Nu vraag ik me af: hoeveel anderen?

Boudewijn

2 Reacties

  1. Bijna dagelijks toont de tv het na volgende beeld. Een vluchtelingen kamp ergens in de wereld. Een moeder loopt met een klein kind, een jogetje van een jaar of drie. Wat moet er van dat kind terecht komen? denk ik als ik een dergelijk beeld op tv zie. Ruim zeventig jaar geleden had dat beeld in Indië gemaakt kunnen worden met mijn moeder en ik. Wat er van mijn terecht is gekomen is een moeilijk leven. Jew hoortwel een mensen zeggen :”Als ik mijn leven over mocht doen deed ik het precies zo als ik het gedaan heb.” Als ik mijnleven over zou moeten doen zou ik echt alles anders doen dan ik gedaan heb.

Reacties zijn gesloten.